Wij zijn de vrijwilligers van de Japanse tuin in het Máximapark - - - werkochtend: twee zaterdagen per maand - - - van 9:00 - 12:00
Het Máximapark verbindt!
De opgave
Met een nieuw stadsdeel, Leidsche Rijn, tussen het oude Utrecht en het oude Vleuten-De Meern, was de grootste opgave voor de ontwerpers de verbinding tussen de oude en de nieuwe delen. Een stadspark als groene long was van meet af aan deel van het masterplan Leidsche Rijn uit 1993; het moest groot worden, zo’n 300 hectare - en het moest verbinden in plaats van opdelen. Architectenbureau West8, in persoon van Adriaan Geuze, maakte in 1997 het plan dat het meest in de smaak viel: het was een flexibel ontwerp met respect voor de omgeving en het onderliggende landschap; en het voorzag op vele manieren in die noodzakelijke verbinding. Dat ook de uitvoering van het plan is geslaagd, bleek al in 2014 toen het park werd uitgeroepen tot meest geliefde park van Nederland. In 2023 ontving het Máximapark voor het derde jaar op een rij de Green Flag Award, een keurmerk voor parken die goed presteren op gastvrijheid, goed onderhoud en betrokkenheid van bewoners. Over verbinding gesproken!
Vrijwilligers
Het Máximapark is niet alleen een park voor de bewoners, maar ook een park dóór de bewoners. Het parkontwerp was niet tot in detail uitgewerkt, en de gemeentelijke financiën zorgden ervoor dat niet alles tegelijk gerealiseerd kon worden. Desondanks of juist daardoor zijn de handen uit de mouwen gestoken bij de ontwerpers, bestuurders en bewoners. Er kwam ruimte voor participatie door oude en nieuwe bewoners in deelontwerpen van het project. Vrijwilligers zetten zich in voor het beheer, het onderhoud, de activiteiten en de communicatie van het park. Ze helpen de gemeente in de parkorganisatie, vormen verschillende werkgroepen en stichtingen. Zo zijn er vrijwilligers die helpen met het snoeien, maaien, wieden en planten in het park; vrijwilligers die rondleidingen geven; vrijwilligers die activiteiten organiseren voor kinderen; en nog veel meer. De vrijwilligers zorgen samen met het gemeentelijke beheer en de aannemers ervoor dat het park een prettige, veilige en gastvrije plek is voor iedereen. De sociale verbindende functie van het Máximapark is hiermee een feit.
Topografie
Op de kaart bestaan de verbindingen uit oude en behouden structuren, en nieuw aangelegde. Behouden zijn de oude straten zoals de Hof ter Weydeweg, Utrechtseweg en Alendorperweg, voorheen doorgaande wegen die Vleuten, De Meern en Utrecht verbonden, nu voorzien van fietssluizen. Behouden zijn waterlopen als de Enghwetering en de Alendorper Wetering, waar nodig zelfs verbreed en nu ook verbonden met de nieuw-oude Vikingrijn, en daarmee met de Vleutense Wetering en Haarrijnse Plas net buiten de parkgrenzen.
De parkgrens zelf wordt gevormd door het nieuw aangelegde Lint: een 8km lang wandel-, fiets- en skatepad van 6 meter breed asfalt, waaraan nog een extra 2km wordt toegevoegd door een rondje rond het Castellum. Vanuit iedere wijk zijn er tal van ingangen om via het Lint het park binnen te komen, maar het Lint zelf functioneert ook als verbinding tussen de wijken. Door de brede groenstrook langs het Lint fungeert het ook als een ecologische verbinding, waardoor kleiner en groter wild in principe helemaal uit het noorden vanaf landgoed Haarzuilens, via het Wielrevelt en de Thematervelden in het zuiden van het Maximapark kan raken.
Het antwoord op die enorme opgave van 300 hectare: delen van het park kregen openbare functies, zoals sportvelden, moestuinen en natuur. Het gebied ten noorden van het spoor werd dankzij de inspanning van omwonenden niet ingevuld met woningen, maar kreeg vanaf 2005 een ecologisch karakter: dit werd de Buitenhof, beheerd door vrijwilligers van Landschapsbeheer Vleuten-De Meern. Ten zuiden van het spoor kwam binnen de grenzen van het Lint een echt stadspark van zo’n 45 hectare – dat de Binnenhof gedoopt werd. Deze gaat omgeven worden door een ecologisch verantwoorde Parkpergola van 6 meter hoog vergezeld door een dubbele rij populieren. Hier is het eerste deel van gebouwd, het resterende deel van het Binnenhof wordt inmiddels omzoomd door die Italiaanse populieren.
Ook door de Binnenhof zelf lopen verbindingen. Er zijn twee typen paden aangelegd: rechte, vertakkende paden met madeliefjes-bruggen, en een rondgaand meanderend pad met houten bruggen in Japanse stijl. Daarnaast zijn er voor de kruisende wegen over het park nog viaducten met eikeltjes-motief. Voor Adriaan Geuze, de ontwerper, zijn bruggen een belangrijk onderdeel van zijn ontwerpen. Voor de houten bruggen liet hij zich inspireren door de zeventiende-eeuwse Nijubashi-brug, mede beroemd door prenten van de Japanse kunstenaar Hiroshige en Vincent van Gogh.
De paden verbinden alle door de watergangen gemaakte eilanden. Enkele van de eilanden hebben door afwijkende beplanting een heel eigen karakter gekregen, zoals de oude appelboomgaard, het Taxodium-eiland, de babybomen-bossen, de Vlinderhof en de Japanse tuin; andere percelen blinken uit door hun unieke kunstwerken gemaakt door een verscheidenheid aan kunstenaars. Daarnaast is er een Uiltjes-route over deze paden gecreëerd om bezoekers een mooie rondleiding door het park te geven.
Verleden
In het meest recente verleden was Leidsche Rijn een gebied met kassen, waar tomaat, sla, komkommer en andere groenten werden geteeld. Van meet af aan was het plan om sporen van deze tuinbouwgeschiedenis te behouden. Op aanwijzing van omwonenden werden behouden: oude elzenhagen, een appelboomgaard, enkele imposante bomen, en de vijver ‘Gat van Serton’. De Alendorperweg zelf herinnert ons aan het buurtschap Alendorp, waar ooit de hofstede Alendorp aan stond (eerste vermelding in het jaar 1327), maar tot 1960 ook een lagere landbouwschool. Bij de naamgeving van de paden op het Japanse bruggenpad is ook gekozen voor de link met dit tuinbouwverleden. Zo zijn er het Ida Mariapad, Dr. Van Dugterenpad, Pater Mendelpad en Isidoruspad.
Ook voor die tijd werd er al landbouw bedreven, getuige Ridderhofstad Den Engh (eerste vermelding in het jaar 1259) op de rand van het Maximapark. De gracht hiervan werd hersteld en de monumentale boerderij die ooit op de voorburcht stond, werd gerenoveerd en toegankelijk gemaakt voor publiek (nu restaurant Dengh bij de Buitenhof).
De Vikingrijn is gegraven op de plek waar de Oude Rijn na de Romeinse tijd is verzand. De breedte van het niet verdwenen deel van de Rijn, de Alendorperwetering, is ongeveer 10 meter. De herstelde Vikingrijn heeft een breedte tot zo’n 30 meter, waarvan wordt aangenomen dat de Rijn in de tijd van de Noormannen ongeveer zo breed was. Bij het graven van de Vikingrijn in 2009-2010 werden twee middeleeuwse schepen blootgelegd: De Meern I en De Meern II.
Verder terug in de tijd vinden we de limes, de oude noordgrens van het Romeinse Rijk. Waar ooit een Romeins castellum stond, verrees in 2015 aan de rand van het park het Castellum Hoge Woerd – nu als centrum voor cultuur, historie en milieu-educatie. Het geconserveerde schip De Meern I is hier te bezichtigen. De oude loop van de Rijn is hier niet teruggegraven, maar symbolisch aangeduid door een golvend grasveld. Op vele mogelijke manieren is dus een verbinding gelegd met het verleden.
Heden
Het Máximapark fungeert in de huidige tijd als verbinder voor sport, ontspanning, ontmoeting, en vrijwilligers. Drie sportparken maken deel uit van het ontwerp, elk met meerdere clubs. In en rond het park liggen zes horeca-gelegenheden. Parkrestaurant Anafora middenin de Binnenhof heeft een terras aan de Vikingrijn, waardoor het binnen en buiten goed toeven is. Direct daarnaast ligt de Bosspeeltuin voor kinderen tot 12 jaar. Op het activiteitenterrein is het goed vliegeren, maar ook picknicken. Naast de vele andere picknickveldjes is er zelfs een barbecue-plaats tegenover de Japanse tuin!
Door het hele park heen vinden we bankjes en ander parkmeubilair in een zelfde stijl en komt het madeliefje op vele plekken onverwacht terug: op brugleuningen, stoepranden, en natuurlijk in het gras. Vanaf de hoofdingang bij de Uilenboslaan vinden we regelmatig afbeeldingen van uiltjes terug. Het zorgt voor een verbindende stijl in een afwisselend landschap.
In de Binnenhof steken de Krasse Knarren van de stichting Vrienden van het Maximapark hun handen uit de mouwen bij knotten, uitdunnen, en snoeien; maar de Vrienden nemen ook initiatieven tot nieuwe kunstwerken. Zowel kunstwerk de Samenloop als de Dompleinbomen en kunstwerk Ex-situ, in-situ, staan voor het verbinden van mensen, de laatste met name ook met de ‘oude’ Utrechters. Met diezelfde gedachte staat ook de Jeremiebrug, die tot 2012 over de Utrechtse Vaartsche Rijn lag, sinds 2015 middenin de Alendorperweg.
Vrijwilligers startten in 2013 het initiatief om tuinarchitect Piet Oudolf te vragen een bloementuin te ontwerpen en noemden het de Vlinderhof. Het beheer hiervan werd ondergebracht in een separate stichting. De Vlinderhof is ondertussen een regelrechte publiekstrekker. Recent is ook het uitwerken van de Japanse tuin ter hand genomen door vrijwilligers met de officiële oprichting van stichting Japanhof begin 2023.
Diverse prijzen voor het Máximapark zijn het bewijs dat het met het verbinden wel goed zit.
Toekomst
Het Máximapark is niet alleen gebouwd voor de huidige, maar ook voor de toekomstige bewoners van Utrecht (en vele daarbuiten). Niet alleen duurt het zo’n 50 jaar voor de bomen in het park volwassen zijn; enkele bomen in de Japanse tuin, met name de ginkgo biloba, zijn trage groeiers en mogelijk pas na 200 jaar volwassen.
De kunstwerken die er staan, staan er voor de eeuwigheid. ‘Anonieme monumenten’ en ‘Rituele depositie’ spelen hierbij bewust met heden, verleden en toekomst. De vele bruggen in het park en de viaducten over het park zijn kunstwerken op zich en staan in vele culturen symbool voor ‘verbinding’, maar ook voor ‘overgang’. Overgangen van toen naar nu, en van nu naar het nieuwe en onbekende. Een bezoek aan het park verbind daardoor altijd heden, verleden en toekomst.
Het park is publiek terrein en wordt met publiek geld gefinancierd, dus stukje bij beetje. De Parkpergola moet nog afgebouwd worden, en er staan nog een aantal bruggen gepland over de Vikingrijn, over twee watergangen bij de Lelievijver en bij de Japanse tuin. In de Japanse tuin staat de bouw van een theepaviljoen op het punt van aftrap; de plannen voor extra beplanting worden nu en in de komende jaren uitgerold. In de Buitenhof wordt actief gewerkt aan het verwelkomen van nieuwe wilde dieren en planten. Uiteindelijk zal blijken dat een park (net als een tuin) nooit af is. Er valt altijd weer iets nieuws te doen – en zo hoort het ook, want we werken hier aan levende natuur, die nooit stil zal blijven staan.
Verbinding
Het Máximapark is een uniek stadspark, dat ontstaan is uit de wens om de oude en nieuwe bewoners te verbinden en de stadsdelen een groene long te bieden. Het park is nog steeds in ontwikkeling en biedt ruimte voor allerlei activiteiten, evenementen en voorzieningen. Het park wordt mede mogelijk gemaakt door de inzet van vele vrijwilligers, die het park levendig en onderhouden houden. Het park heeft ook bijzondere paden: het Lint en het Japanse bruggenpad, die symbool staan voor de verbinding tussen het park en de mensen, tussen oud en nieuw, tussen heden, verleden en toekomst. Het Máximapark is een park om trots op te zijn en te koesteren.