Wij zijn de vrijwilligers van de Japanse tuin in het Máximapark - - - werkochtend: twee zaterdagen per maand - - - van 9:00 - 12:00
Jacobaea vulgaris
Jacobskruiskruid
Jakobskruiskruid (Jacobaea vulgaris ) is een wilde, in de regel tweejarige plant met gele bloempjes uit het geslacht Jacobaea (Jacobskruid). Jakobskruiskruid heeft meestal hoofdjes met een krans van gele straalbloempjes, en is daarmee te onderscheiden van boerenwormkruid.
De plant komt steeds meer voor in de Nederlandse en Vlaamse wegbermen en natuurgebieden en van daaruit in de perceelranden van weilanden, tot verdriet van de veehouders, want de plant is giftig. De plant verspreidt zich snel, doordat een volwassen plant veel vruchten kan produceren, die op open plekken in het gras of de berm makkelijk kiemen. De 2,5 – 3 mm lange nootjes (vruchten) worden door het vruchtpluis met de wind meegevoerd.
Het jakobskruiskruid vormt het hoofdvoedsel voor de zebrarups, de larve van de sint-jacobsvlinder (Tyria jacobaea). De rupsen van deze vlinder zijn aangepast aan het eten van jakobskruiskruid en zijn dus niet gevoelig voor vergiftiging door pyrrolizidine-alkaloïden, maar worden er zelf giftig door. Jakobskruiskruid vertoont echter na vraat door deze rupsen vaak een geweldig herstelvermogen. De bladroller Eucosma campoliliana heeft eveneens jakobskruiskruid als waardplant. Ook voor de jakobskruidaardvlo, een keversoort, en de bloemvlieg Botanophila seneciella is de plant belangrijk. Beide soorten komen van nature voor in de Benelux.
De plant kan handmatig verwijderd worden, maar er mogen dan geen stukjes wortel achterblijven, omdat ook uit kleine wortelresten nieuwe planten kunnen groeien. Handmatig verwijderen is over het algemeen alleen efficiënt bij zaailingen en rozetten, grotere planten zijn vaak te diep geworteld. Wie er gevoelig voor is kan een allergische reactie krijgen bij huidcontact. Jakobskruiskruid groeit snel terug na het snijden of het maaien, vaak binnen een paar weken. Voor één plant komen er dikwijls meerdere planten in de plaats.